Drie nieuwe bijscholingen voor rij-instructeurs
Bijscholingsonderwerpen worden jaarlijks en op advies van de Centrale Examen Commissie (CEC) door het IBKI vastgesteld. Opleiders kunnen dan een opleiding ontwikkelen en ter certificering indienen bij het IBKI. Dit jaar zijn er drie nieuwe onderwerpen. De VerkeersAcademie gaat al snel van start met deze nieuwe onderwerpen. We lichten de onderwerpen in dit artikel kort toe.
Leerlingvolgsysteem in in praktijk
Het gebruik van een instructievorderingenkaart is essentieel om de leerling optimaal te kunnen begeleiden tijdens zijn rijopleiding. Tijdens deze bijscholing leert de rij-instructeur met deze kaart om te gaan. Dat houdt in dat de instructeur in staat geacht moet worden om tijdens een praktijkles verschillende toetsen kan afnemen en het bereikte niveau dan ook kan registreren op een instructievorderingenkaart.
Alcohol, drugs en medicijnen in het verkeer
Tijdens deze confronterende bijscholing krijgt de rij-instructeur inzicht in het alcoholgebruik, drugsgebruik, gebruik van medicijnen, (overmatige) vermoeidheid, slaapdeprivatie in combinatie met het rijgedrag tijdens rijles en het besturen van voertuigen. Daarnaast is het vroegtijdig signaleren van het gebruik, van genoemde middelen, een onderdeel die bijdraagt aan een hogere verkeersveiligheid. De rijinstructeur kan door deze bijscholing de leerling tijdens de rijlessen bewust(er) maken van de invloed en de gevolgen van deze middelen.
Eerste Hulp bij instructieongevallen
Tot een tiental jaren geleden moesten rij-instructeurs tijdens hun opleiding een certificaat “Eerste Hulp” halen. De branche betreurt dit en heeft de kans gezien om dit onderwerp in te dienen als bijscholingsonderwerp. De vraag is of deze bijscholing valt onder het doel van de WRM. Ondernemersvaardigheden worden namelijk niet opgenomen in de lijst met bijscholingen, omdat een rij-instructeur er niet beter les door zou geven. Is dat met EHBO wel het geval?
Tijdens de cursus ‘Eerste Hulp bij instructie ongevallen’ wordt dieper ingegaan op wat te doen bij een instructie- of verkeersongeval, kleinschalige maar ook de serieuze ongevallen. Omdat een rijinstructeur relatief vaak getuige is van kleine ongevallen van de (beginnende) leerling en vele kilometers per jaar in het verkeer deelneemt, is het relevant te weten wat hij als rij-instructeur kan en moet doen voor het slachtoffer. Als het gaat om de ernstige ongevallen zal de rijinstructeur vaak ook als een van de eerste hiermee worden geconfronteerd. Het is juist dan van belang te weten wat hij kan doen of zeker weten wat niet te doen. Te denken aan veiligheid, afnemen van helm, laten plaatsnemen in een voertuig, stabiliseren van een slachtoffer, taakverdeling en het doen van de juiste melding naar de meldkamer ambulancezorg (112) of het eventueel goed opstarten van een reanimatie.